Ach en wee. De laatste week alweer. En nu? Het zwarte gat??? Het eind van de wereld???
Nou, laten we dan eerst maar naar het eind van Portugal gaan, naar Albufeira. Veel zuidelijker dan dat wordt het niet op het Portugese deel van het Iberische schiereiland.
Want bij Malle Pietje mogen de dames naar huis. Monica, Segrun, Anita en Jenny zijn dolblij. En dat snap ik. De meiden zijn zo blij dat ze weg mogen, dat ze uit blijdschap hun oerhollandse kadootjes (Berenburg, stroopwafels) helemaal aan de verkeerde Jacob geven, namelijk aan Marianna. Zij blij. Na de stroopwafels paste ze haar bikini niet meer en na de fles Berenburg is er nooit meer iets van haar vernomen.
Ondertussen lopen er alweer twee andere ladies over het terrein: Rosa, de ex van Malle Pietje, komt de zieke kat ophalen en ze heeft haar moeder meegenomen. Ze gaan meteen maar even lekker een beetje puinruimen. Maar wacht effe… Rosa. Dat was toch die ex die tot twee dagen voor de komst van de zure tantes uit Holland bij Malle Pietje woonde? Yep. Jenny vindt daar wat van natuurlijk. Maar: ”het zal me boeien!” Nee, dat merk ik…
Malle Pietje zegt op het ene moment dat de dames voor hem al vertrokken zijn en het andere moment maakt hij nog een compliment naar twee dames. “Jullie zijn er qua uiterlijk in Portugal op vooruit gegaan.” Met andere woorden: ze kwamen lelijk binnen en ze gingen als schoonheden weer terug naar Nederland. Elk normaal mens zou zeggen dat iemand een lekker kleurtje had gekregen, maar hij krijgt het weer voor elkaar om het rot uit z’n centenbak te laten rollen. Talentje hoor! Nog zo’n talent: struisvogelpolitiek bedrijven. Want Malle Pietje heeft wel een cadeau voor de dames. De foto’s van de ladies die Marianna aan de rand van het zwembad had gemaakt, zijn afgedrukt en mogen in het lijstje dat Jacob eerder al had gegeven. Goh, je ziet dat niet aankomen hè, als je een leeg lijstje krijgt… Maar goed, Malle Pietje zegt op de foto’s vier prachtige dames te zien, die intens geluk beleven. Ja joh, droom lekker verder… De mafketel heeft geen bord voor z’n kop, maar een hele B&B. Mèt tennisbaan. Dat blijkt ook als de ladies gaan vertrekken. We zien ze één voor één met hun handtassen en hutkoffers allesbehalve charmant naar beneden klunen. Wat een geworstel en gehannes op die trap. En Malle Pietje, of ‘die hork’, zoals Anita hem omschrijft, is natuurlijk in geen velden of wegen te bekennen. Als de laatste koffer beneden staat, vliegen de glazen deuren van z’n woonkamer open en steekt hij z’n verbaasde tronie naar buiten. Kin naar voren, wenkbrauwen op het dak. “Kan ik helpen?”, vraagt ie. “Nu niet meer”, reageert één van de dames. “Maar ik was met Peppie bezig…”, klinkt het quasi-verontschuldigend. Peppie is de zieke kat hè, even voor de duidelijkheid. Jenny is er echt he-le-maal klaar mee. “Nee, je zat languit op de bank.” Terwijl Malle Pietje en Marianna in de deuropening staan, stappen de vier dames bepakt, bezakt en opgelucht van het terrein af. Ach, ze hebben thuis weer iets te vertellen.
Tegen Art zegt Malle Pietje dat de dames hem niet waardeerden. “Het was tegen de wind in pissen. Echt tegen de wind in pissen. En dat stinkt!” Ik ken de uitdrukking niet, maar ik zie nu een ondergezeken Jacob voor me. En de geur kan ik me levendig voor de geest halen. Nee, dankjewel! Om de pislucht een beetje weg te spoelen, gaat ie aan de slag met z’n echte liefde: de surfplank. Lekker windsurfen op zee. Met z’n gekneusde ribben…
In het noorden van Italië heeft Vincent de wind van voren gekregen van vooral Sophie, die andere gesprekken wil dan geneuzel over de plakjes kaas. Nu is het the day after en geeft Soof toe dat ze zo strategisch was als een dronken schildpad. Vincent wil even met haar alleen praten en maakt duidelijk dat zij geen setje worden. Soof is het er helemaal mee eens en samen gaan ze het nieuws aan Monique vertellen. Die ziet ze binnenkomen en denkt: “oh shit, here we go…” Maar goed, Soof gaat weg en Vincent en Monique willen het wel samen gaan proberen. Helemaal geweldig natuurlijk, want nu zijn ze met z’n tweetjes en… Oh ja, Art Rooijackers komt nog langs. Precies nu. Art informeert of ze allebei in hun eigen kamer hebben geslapen. Vincent zegt van wel, Monique zegt van niet. En net voordat Art vertrekt, wordt er zowaar speeksel uitgewisseld. Het is een wonder! In een datingprogramma. Je verwacht het niet hè…
Prinses Roxanne wordt door Theun meegenomen voor een picknick. Hij heeft nog niet veel tijd met Rox alleen gehad, mede doordat er een stacaravan tot Tiny house moest worden omgetoverd (Rox, dat doe je niet met verfkwasten, maar met een kettingzaag. Heb je meteen drie Tiny Houses.) Er wordt een goed gesprek gevoerd en Theun voelt dat ze elkaar begrijpen. Theun voelt alleen niet dat Rox meer naar Mitch neigt. Maar niet getreurd: de ultieme test staat voor het ijzeren hek: de potentiële schoonouders. Canadian dad (beetje patserig type) vraagt als eerste of de heren een beetje hard werken. Oh my… Anyway, pa en ma en vriendin Carole weten wel voor wie ze gaat kiezen: inderdaad Mitch. Benieuwd of Theun dat ook al kon voelen trouwens…
Als ze met z’n tweetjes zijn, gaan De Prinses en Mitch gezellig saampjes op pad. Of nou ja, gezellig… Er vallen ineens stiltes. En dat trekt Rox niet. Dat komt mooi uit, want er is ook geen aantrekkingskracht. Dus ja… ook Mitch vertrekt naar huis en er wordt afgesproken weer eens iets te gaan doen samen. Nou Mitch: welcome to the friendzone…
En Rox? Die ging de bedden verschonen. Op haar hakken.
In Oostenrijk zijn de mannen joggend naar de bakker gestuurd om broodjes te halen voor de gasten. Het ontbijt moeten ze ook nog eens naar de gasten brengen. Lekker, twee vers bezwete kerels boven je ontbijtje. NOT!
Ondertussen valt het zowel Caroline als Jeroen op dat Erik iets te vaak grapjes maakt. En dat kan natuurlijk niet. Want dan kun je ook met iemands hart dollen. Dus nee… de kansen voor Erik nemen af. En dat terwijl Jeroen steeds meer loskomt. Want Jeroen ziet zich wel in Oostenrijk met Rausje en Caroline de B&B bestieren. En ach, wat heeft ie te verliezen? Hij neemt Caro meteen maar even apart om met haar te praten over zijn gevoelens. En dat doet hij in de keuken, tijdens het maken van de viscurry. Caro hoort het allemaal aan en zegt later tegen de camera dat Jeroen net z’n viscurry is. Ze mist in beide wat pit. Nou zou het feit dat iemand vis ergens in doet voor mij al meteen een aanleiding zijn om diegene op de eerste de beste vlucht naar huis te zetten, maar Caro slaapt er nog een nachtje over.
En ja, ook Jeroen kan vertrekken. Hij neemt het als een man, maar de teleurstelling is er wel. Tja, als je moet kiezen tussen een geinponem en vis… Dan wist ik het ook wel.
En dan zit ze alleen met Erik. Er moet hoognodig een wijntje worden gedronken in de tuin. Maar ja… ook het appartement van Jeroen moet nog gepoetst (het woord alleen al. Zeg gewoon schoonmaken!) worden, dus dat gaat voowrrr. Een ideetje van Erik trouwens.
De volgende dag zijn de twijfels over Erik nog wel aanwezig. En dus komen, na het gezellige bezoekje aan de osteopaat, Caroline’s vrinden op de bowrrrel. En als die Erik afkeuren, ja… dan gaat hij ook gewoon met de eerste posttrein weer retour afzendewrrr. Maar Erik doet er alles aan om het niet zo ver te laten komen. En dus laat ie een bos bloemen bezorgen en doet er een lief kaartje bij. Ondertussen kwaken de vrinden dat ze verbaasd zijn dat er nog maar één man is, maawrrr… de overgebleven man is wel een leuk exemplaawrrr voor Caro.
Die reageert echt zo superspontaan met; “Ik hoowrrr wat jullie zeggen, maawrrr wat moet ik doen?” Ehhh… misschien voor jezelf beslissen? Kweenie hoor… “Ik zou het gewoon een kans geven. Je weet maar nooit…”, kwaakt één van de vrinden.
En zo werd er getoast op het nieuwe koppel dat op de valreep óók zowaar speeksel uitwisselt. Alleen dat beetje wat toevallig op hun lippen lag hoor. Nee, veel gekker moet het niet worden.
In Saint-Misère vraagt Bert zowaar aan Froukje wat haar plannen zijn en of ze iets samen kunnen doen. Frouk heeft geen idee en laat het denkwerk aan Bokkige Bert over. Nou, die heeft een strak plan: ze gaan fijn de luiken schilderen. Frouk wil weten of ze ook nog iets leuks gaan doen. Uiteindelijk gaat ze na het schilderen er zelf maar op uit in het dorp, op zoek naar vertier. En dat vindt ze: wat mannen doen een potje petanque. In een mix van perfect Frengels, Dunglish en Nederlands krijgt ze het toch voor elkaar dat ze even mag meespelen. Veel spannender wordt het niet vandaag. Ze vat Saint-Misère dan ook mooi samen: “er is een kerk, een restaurant en Bert.”
Die middag lijkt het toch nog leuk te worden: Bert wil gaan shoppen. Frouk kan haar geluk niet op en springt meteen naast hem in de auto. Uiteraard is de rit niet al te gezellig, want Bokkige Bert is geen praterige Bert. En dat shoppen moet je ook met een kilootje zout nemen: er wordt verfspul gehaald bij de Action. Niks leuke boetiekjes in een pittoresk Frans stadje. Gewoon, naar het Centre Commercial aan de rand van de stad en de Action in en uit. Maar dan toch wordt er even een terrasje gepikt (het zou me niet verbazen als mensen van de productie dat even hebben gepusht bij Bert). Niet dat het er heel erg gezellig aan toe gaat: Frouk zegt dat ze het gevoel krijgt dat ze nooit iets goed kan doen. Bert zegt dan weer dat dat nou eenmaal gewoon Bert is en dat hij een assertieve vrouw zoekt. Frouk is er wel klaar mee. “Je bent best vaak bot tegen me geweest.” Het doet Bert niet veel, want Froukje past totaal niet bij hem. Nee, hij zoekt een stukje Romana, met een stukje Gwen en een stukje Froukje.
En dus zien we de volgende ochtend ook Froukje haar koffer naar haar auto zeulen. Bert neemt nog wel even de moeite om haar een flesje wijn mee te geven met de legendarische woorden: “Hopelijk heeft ie een minder wrange afdronk dan je komst hier.” Echt een lolbroek, die Bert…
En dan de perikelen in en om Cáááása Sáááááántááááaángelo. Als je denkt dat Deb niet nog zuurder kon, dan heb je het mis: ze gaan met z’n drietjes een citroentoer doen. Whatever that may be. En daarna een lunch. “Citroenen geven mij het gevoel van Amalfi. Dat maakt mij blij”, zegt ze gelukzalig. Ze wordt niet zo blij van Chris en Pascal en dat snijdt ze tijdens de lunch nog even fijntjes aan. “Voelt het voor jou als vakantie?”, vraagt ze aan Pascal. Het arme jong heeft nog nooit zo veel gewerkt als bij Deb in haar B&B, maar dat vergeet madam voor het gemak maar even. Pascal ontkent. Chris ook. Deb snapt dat niet, omdat zij dat gevoel wel kreeg van de heren. “Ik zat er maar een beetje bij.” Over het gebrek aan interesse gaat ze nog even door. Chris laat het niet over zijn kant gaan en vertelt dat het wel een wisselwerking is. “Jullie hadden er al twee weken op zitten en ik kwam in een uitgebluste sfeer. Ik ben met Pascal meegegaan, in zijn vibe en heb jou dus te weinig aandacht gegeven.” Pascal, die er toch al niet op z’n gemak bij zat, voelt zich nu ook nog eens door Chris genaaid. Deb gaat rustig nog even verder dat hij wel wat meer vragen had kunnen stellen (zucht) en dat ze niet bijt als hij een vraag zou hebben gesteld (nou Deb… ik zou m’n hand er ook niet voor in het vuur steken hoor, dat jij niet bijt.) “Ja, maar die wijnproeverij (die Chris had georganiseerd) was toch best leuk?” Deb houdt haar hoofd schuin, kijkt omhoog en denkt even na. “Jjjjjja, maar ik heb niet het gevoel dat…” LUISTER NOU EENS NAAR DIE JONGEN, MUTS!!! Hij kwam net binnen, stond 20-0 achter, voelde een rare sfeer en nam je toch mee. Op z’n eerste of tweede avond. Terwijl hij vertelde ietwat verlegen te zijn. Wat jij ook weer veroordeelde, want hij is angstig. Kom op zeg! IJskonijn.
Ze vertelt dat ze de uitleg van Chris wel kan begrijpen en dat hij blijkbaar meer een volger (dat wil je toch? Straal je wel uit, in elk geval.) dan een leider is. Vindt ze ook weer wat van natuurlijk. “…maar er is geen magie bij jullie beiden…’, wauwelt ze onverstoord verder. “Ik wil verrassingen. Ik wil dat elke dag een cadeautje is.” AAAARGHHH!!! Als ze wordt meegevraagd op date door Melvin/Marvin/Mulvan, zegt ze nee. Als Pascal vraagt of ze samen wat kunnen gaan doen, zegt ze nee. Het armbandje was de verkeerde kleur, noem maar op. Ze wijst ze constant af. Gek hè, dat het een keertje ophoudt met de interesse? Pascal is het ook helemaal spuugzat en vraagt hoeveel diepgang ze wil. “Ik heb je alles verteld over m’n familie. Dan geef je antwoord, maar daarna? Niks.” “Je moet niet vertellen; je moet vragen stellen.”, zegt madam. Ze heeft blijkbaar geen idee wat een gesprek precies inhoudt. Pascal voelt zich genaaid en zegt dat het allemaal niet echt binnenkomt bij Deb.
Deb klaagt tegen de camera: “We moeten even iets voor onszelf doen en daarna hoop ik dat de heren zelf initiatief nemen om het gesprek op te raken. Als ik zelf wéér het gesprek moet opraken, als ik wéér zelf de kritische vragen moet stellen, dan ben ik er wel klaar mee.” Ik kijk met grote ogen naar het scherm. Een gesprek opraken? Ik denk dat ze oprakelen bedoelde. Anders heb ik echt geen idee waar ze het over heeft.
Dan concludeert ze dat Chris het volgens haar wel begrijpt en morgen z’n spullen zal pakken. Ze vertelt dat Pascal het niet zal begrijpen, “maar dat heeft te maken met zelfreflectie.” Zei ze nieeeeeet!!! Zelfreflectie? Kind heeft zelf echt totaal geen greintje zelfreflectie. De mannen zien nu ook dat het trekken aan een dood paard is. “Ze geeft ons de schuld, maar zij wil ook geen enkele moeite doen.” Nou goed, Debby gaat diezelfde dag nog over haar nek en vindt het nodig dat aan de mannen mee te delen. “Ik was een beetje zuur van binnen. Mijn lichaam probeert te zeggen dat het er klaar mee is.” Chris wil nog een wandelingetje met haar maken om het één en ander uit te spreken en Pascal laat merken dat hij de manier waarop zij tegen de heren deed, niet echt geweldig vond. Waarvoor ze zowaar haar excuses aanbiedt. Nou ja, voor de foute timing dan. Niet voor wat ze heeft gezegd. En ze vertelt dat ze Pascal niet binnen het jaar ziet settelen. Nou, dat scheelt: gaat bij jou ook niet gebeuren.
Op de valreep leren we nog een nieuw woord van Debselbebsel: ze zegt tegen Art dat ze aan het eind van haar Latij is. (Dit was geen spelfout.) Tegen Nuffige Nathalie wordt er weer ouderwets geklaagd dat het haar energie kost terwijl liefde juist energie moet opleveren (hebben we vaker gehoord), dat er geen diepgang is (hebben we vaker gehoord) en dat de heren geen interesse tonen omdat ze niet doorvragen en graven. (Het wordt saai, maar ook die hebben we vaker gehoord.) En oh ja, de heren zijn geen ondernemers. Ik wist niet dat dat in de profielschets van een partner staat tegenwoordig?
Het lijkt haar leuk als de heren ooit nog terug gaan komen, maar dan met een partner. (Denk het even niet, Deb!) Als de mannen voor de laatste keer de deur van Cáááása Sáááááántááááaángelo achter zich dicht hebben getrokken, blijkt dat Deb kan ontspannen. Wat zeg ik? Ze kan zelfs lachen. En met een drankje in haar hand haar voeten op tafel leggen. Ik weet niet wat ik zie!
Ze besluit met de woorden dat ze een positief mens is dat in iedereen iets moois ziet. Oh??? En ze droomt van een uitbreiding van Cáááása Sáááááántááááaángelo, liefde, rust en een gezin. (Lees: kleine, zure, om diepgang zeurende mini-Debjes.)
Ondertussen zijn we een tijdje verder en weten we dat iedereen uit elkaar is, dat Caroline haar B&B heeft verkocht en weer in Nederland woont met Rausje en dat de enige romance die is opgebloeid, de bromance tussen Mitch, Theun, Pascal, Murvan/Melvin/Marvon en Chris is.
En nu? Zwart gat? Praatsessies bij de psychia…
Oh… wacht effe… de nieuwe boeren van Boer Zoekt Vrouw worden alweer voorgesteld.
I’ll be back. In januari 2022…