Zondagavond, even voor half negen. Het journaal is achter de rug, het reclameblok ook en dan hoor ik het. Vanaf de bank: “Heb je je opschrijfboekje?” Even voor de goede orde: Boer Zoekt Vrouw is inmiddels afgelopen, dus ik heb weer normale zondagavonden in het vooruitzicht.
“Nee joh, tuurlijk niet! Hou eens op, hahaha!” Ondertussen sta ik op, trek op weg naar de bank ongemerkt een leeg A4-tje uit de printer en pak uit automatisme een pen. En voordat ik het weet vindt de punt van mijn pen het papier en begin ik te schrijven…
500 bakkers. 500 taarten. 8 tenten met elk 2 juryleden. 500:8=62,5 taart per tent te proeven. En nou snap ik best dat er geen hele taarten worden gegeten, maar ik vind 65 keer één hapje van een taart ook best een dingetje hoor… Maar goed, na de kreet “juryleden klaar? Proeven maar!”, gaat het los.
De eerste deelnemer komt één van de jurytenten in en pleurt haar taart meteen maar op tafel. Het ging nog maar net goed. We zien taarten op het grasveld staan die als paddestoelen uit de grond komen, we zien taarten die probeerden weer in diezelfde grond te verdwijnen en we zien taart op een jas. We zien taarten die heuse kunstwerken zijn, maar ook een taart die de weelde van de rozen die erop gelegd zijn niet kan dragen: de rozen hebben de taart doorkliefd. Moet wel een enorme slabberdewatsjkitaart zijn geweest. Verder zag ik er nog één voorbijkomen die ons land moest voorstellen. Het was fijn dat de bakkerin het erbij vertelde; ik had het bijna niet herkend. De meest onsmakelijke taart die ik voorbij zie komen is er één die is gemaakt door een doktersassistente: een opengewerkte menselijke romp. Je kent dat nog wel; stond vroeger pontificaal in het biologielokaal. En dat je dan de hele tijd in die buik zat te kijken en daarna pauze had en je dacht bij je boterhammetje… nou, laat maar effe. Die, ja! De doktersassistente vertelt vrolijk wat er allemaal te zien is: “Darmen!” (Oh joh, lekker!) “En echte nieren en bloedvaten…” (Horror!) “…van chocolade.” (Godzijdank!) En dan nog dat mens in die roze prinsessenjurk met heur fantasytaart inclusief app-bestuurde waterval en verlichting. Het valt mij wel op dat het voornamelijk vrouwelijke bakkers zijn. En een handjevol mannen. En weinig mannelijke mannen. Oh ja, en een mannelijke vrouw (volgt u het nog?), maar dat zie ik pas nadat ik haar naambordje heb gelezen. Ik vind Suzanne namelijk een erg rare naam voor een man…
Los van het feit dat elk jurylid heul veel taart moet proeven, is het jureren zelf ook niet geheel risicoloos: zo zegt Robert (spreek uit: Robèrrr) tegen een vrouwelijke bakker: “Bak je veel?”, kijkend naar de taart. Als de keukenprinses bevestigt dat dat inderdaad het geval is, zegt Robèrrr “Dat kun je wel zien ook!” In dit geval liep het goed af. Had Robèrrr dat tegen mij gezegd, had ik het waarschijnlijk heel anders opgevat. En had ik eigenhandig m’n complete taart achter z’n huig gepropt.
Afijn, er werd een eerste schifting gemaakt: van de 500 bakkers gingen we terug naar 33, daarvan bleven er 15 over die nèt buiten de tent twee opdrachten kregen. Er moest binnen 80 seconden een taartje opgespoten worden en er moest een Flammkuchen gemaakt worden. In een op hout gestookte oven. Tja… en dan vallen er nog vijf af. De afvallers mogen bij André van Duin op het golfkarretje op weg naar een welverdiende borrel.
Uiteindelijk zijn er dus tien die doorgaan en vanaf volgende week in de tent mogen bakken. Daar zitten zowaar drie mannen bij: de slechthorende Cas, die volgens de één gelijkenis heeft met Prins Harry (zei ik ook meteen) en volgens de ander met Sven Kramer. Afijn, Prince Harry Kramer is dus door, net als Vincent, Ahmed, Anna, Maroeska (die met die grijze slagroomtoef op heur hoofd), Nicole, Liesbeth, Hanneke (die onzekere; die heeft hier al de naam stresskip gekregen en volgens vriendjelief gaat die een hoop lachen opleveren), en de twee Kimmen. Je weet wel: die donkere die houdt van kleine, harde, stevige bewegingen. (Voor haar deeg!!!) en die blonde.
En dan is het afgelopen, leg ik m’n pen en papier naast me neer en dan realiseer ik het pas. Aaaaaah shit, neeee… Ben ik er tòch weer ingetrapt!
Geef een reactie