Geplaatst op 24 juli
Gaat twee weken geleden bij mij de telefoon. M’n beste vriendin. Ze gaat met ouders en haar eigen clan een weekje weg en vraagt of ik haar brievenbus een paar keer zou willen legen. “Tuurlijk joh, geen probleem.” “Mooi. Kun je dan heel misschien ook de brievenbus bij m’n ouders legen, als je toch bezig bent?” Ook geen probleem. (Ik ben toch zo flexibel…)
Dan wordt het vrijdag. Ze is net gearriveerd op haar bestemming en zit wat met haar ouders te keuvelen als ze er gedrieën achter komen dat ze één klein detail over het hoofd hebben gezien.
“Tring!!!” Hoera, we hebben een beller! “Ja hoi, met mij… eh… weet je wat we nou helemaal zijn vergeten te vragen?” Ik heb geen idee, dus helpt ze me uit de brand. “Nou, zou je de vissen kunnen voeren terwijl we weg zijn?” De vissen. De vissen? “Welke vissen?”, vraag ik met een lichtelijke verbazing in mijn stem. “Oh, de vissen van mijn ouders.” “Hebben jouw ouders vissen dan?”, met een iets minder dan lichtelijke verbazing in mijn stem dan even ervoor. “Ja, die hebben vissen.” Joh… “Nee, is goed, maarre… waar mogen die beesten staan dan?” “Ja, da’s een goeie. Wacht effe.” Ik hoor gemoffel aan de andere kant van de lijn en dan in de verte: “Ma? Waar staan die vissen eigenlijk?” O. Ik stel dus blijkbaar niet zo’n hele domme vraag. “In mijn oude kamer.” “Jaja… enne… het eten?” “Oh, dat staat bovenop het aquarium.” “Okee, is goed.” “Ja, m’n ouders dachten van elkaar dat ze het geregeld hadden.” Arme beestjes… Op dat moment loopt mijn kat langs me richting de gang. “Hé Hump!”, roep ik. “Je eet volgende week lekker verse vis, jongen!” “Ach… hihihi…″, hoor ik aan de andere kant van de lijn. Nou heb ik zelf in een ver verleden toen ik een jaar of elf was wel eens een paar visjes gehad, maar aangezien dat -letterlijk- in de vorige eeuw was, krijg ik nog wat aanwijzingen van het hoofd visvoedselvoorzieningen Alisha, die blijkbaar die taak bij opa en oma heeft en dan kan het niet meer mis gaan. De vissen zijn van de hongerdood gered.
Afgelopen maandag. Vriendin heeft haar eerste werkdag weer en ik mijn eerste vakantiedag en dus besluit ik om de sleutels even langs te brengen bij haar ouders. Ik word met de nodige knuffels en zoenen begroet door het hoofd visvoedselvoorzieningen (Alisha dus) en haar broer (hoogstwaarschijnlijk plaatsvervangend hoofd visvoedselvoorzieningen) Duncan. Die hebben vakantie en dus lekker bij opa en oma geslapen. Afijn, ik sta nog even wat te beppen, roept Duncan ineens: “Er is een vis dood!!!” Kedeng!!! De conversatie ook. Heb ik dat. Zorg ik één miezerig weekje voor een klein aquariumpje vissen, vallen er gelijk doden. Lullig… Ik buig naar beneden en vraag badend in het zweet voor de zekerheid aan Duncan: “WAT???” “Er is een vis dood! De moedervis is dood!” Vijf jaar en bloedserieus. Hoe kan ik dit… nou lijkt het net of ik… SLIK. “Ik heb ze echt eten gegeven hoor…″ Het is het enige dat ik uit m’n keel krijg. De redding is nabij. Zeven jaar relativeringsvermogen vult haar broer aan: “Maar dat geeft niet, want hij was al 91!!!”
Pffff… Toch fijn dat vissen zo oud kunnen worden…
Geef een reactie